26 januari 2007
Den
Haag – Een bezorgde Hagenaar meldde vrijdagavond 26 januari rond 19.30 uur
aan de politie dat hij zijn 52-jarige buurman
al geruime tijd niet meer in zijn woning aan de Fluitenbergstraat had
gezien.
De buurman zou zeer verward zijn en lijden aan wanen. Agenten die op deze
melding reageerden, troffen de voordeur van de woning gebarricadeerd aan.
Nadat zij met behulp van een hoogwerker van de brandweer een kijkje in de
woning hadden genomen, zagen zij allemaal draden door de woning lopen.
Omdat het vermoeden bestond dat de draden boobytraps waren, kwamen
specialisten van de ploeg Wapens en Terreur ter plaatse.
Ook deze specialisten vertrouwden de situatie in de woning niet en riepen de
hulp van de Explosieven Opruimingsdienst (EOD) in.
Na een grondig onderzoek besloot de EOD om de voordeur van de woning eruit
te blazen.
Voordat dat gebeurde, werden eerst de negen omliggende woningen ontruimd.
Voor tien bewoners werd de eerste opvang geregeld in een nabijgelegen
verzorgingshuis op de Loevesteinlaan.
De eerste poging om de deur eruit te blazen mislukte, maar na de tweede
poging ging de voordeur eruit.
De EOD stelde een onderzoek in de woning in en daarbij werden geen
explosieven aangetroffen.
Wel troffen medewerkers van de EOD veel elektronica en knipperende
led-lichtjes aan. De bewoner was niet in zijn woning aanwezig.
De politie stelt nog een nader onderzoek in naar de bewoner
